Het Dorp
Na de Chodzjali Genocide op 25-26 februari 1992, hebben Armeense troepen het dorp Agdaban aangevallen. Het dorp Agdaban ligt in de regio Kalbajar, aan de rechterkant van de Agdaban-rivier, op de helling van de berg Agdaban, aan de zuidelijke voet van het Murovdagh-gebergte. De dorp was 56 km ten noordoosten van het centrum van stad Kalbadzjar. Het dorp was gebouwd op de fundamenten van een heel oud dorp, Demirchidam.
Het gebied
De letterlijke vertaling van Agdaban is “witte hiel”. Het dorp is ook vernoemd naar de berg Agdaban. In Azerbeidzjaans betekend het woord “daban” “bergpas” of “pas”. Het toponiem betekent “witte pas”, “witte bergpas”.
De belangrijkste bezigheden van de bewoners van het dorp waren tabaksteelt en veeteelt. Er was een middelbare school, een club, een bibliotheek, een medisch centrum in het dorp.
Dit dorp met 130 huizen en 779 inwoners had een zeer strategische ligging in de regio. Het dorp was een “deur” tussen Karabach en rest van de region en het was enige pad/weg die naar de berg Murov leidde.
De gebeurtenissen
Het dorp werd al vanaf 1988 meerderen keren aangevallen en was continue onder de beschietingen van Armeense troepen geweest. Vanaf 1990 is hele stad van Kalbadzjar, inclusief meerderen dorpen zoals Agdaban geïsoleerd. De bewoners hadden geen licht, verwarming en geen weg meer om te vluchten. Als de bewoners naar een ander stad wilden reisen, werden ze vermoord.
Alle richtingen vanuit Kalbadzjar waren onder controle van Armeense troepen. De troepen hebben meerdere wrede acties gepleegd. Zoals aanvallen op bussen, personenauto’s, of de boeren die op de boerderij werkten. Of in 1990, 8 kinderen die op de schoolplein speelden zijn vermoord. De Armeense troepen wilden 55.000 bewoners van Kalbadzjar isoleren zodat ze hun huis verlaten. Ondanks alle pogingen wilden de bewoners van Kalbadzjar stad en Agdaban dorp hun huizen niet verlaten. De bewoners waren al geschrokken van de Chodzjali genocide en wilden niet dat dit ook hun vrouwen en dochters overkomt. Er was alleen een mogelijkheden voor de bewoners om hun huis te verlaten met een helikopter. Zelfs met helikopter naar Kalbadjar vliegen was gevaarlijk vanwege het risico van beschietingen. Behalve beschietingen bestond ook risico van verraad. Zo lande er in 1992 een helikopter in Kalbadzjar. De bewoners werden gevraagd om alle vrouwen, jonge meisjes mee te laten vliegen om hun voor de Armeense troepen te beschermen. Hopeloze mensen, die hun dochters en vrouwen van genadeloze Armeense troepen wilden beschermen, lieten hun vrouwen en dochter met de helikopter weg te vliegen. Toen de helikopter in het lucht was hebben ze in het Armeens gesproken en gelachen. Tot nu toe weet niemand wat er is gebeurd met de helikopter en haar inzittende.
In de vroeg ochtend van 8 april 1992 bestormden Armeense troepen een controlepost op het Agdaban-plateau, waarbij drie bewakers om het leven kwamen en 779 burgers op brute wijze werden gemarteld. Als gevolg van de genocide die door Armeniërs in het dorp Agdaban is gepleegd, zijn 39 mensen met bijzondere wreedheid om het leven gekomen. Onder hen 8 mensen van 90-100 jaar, 2 kinderen, 7 vrouwen werden levend verbrand, 2 mensen werden vermist, 12 mensen raakten ernstig gewond.
Ooggetuigen vertellen dat een aantal vrouwen met kleine kinderen die naar de richting van rotsen renden, konden geen weg vinden om te vluchten. Om niet in de handen van Armeense troepen te komen, zijn ze van de rotsen gesprongen, met hun kinderen in hun armen.
Deze genocide is vergelijkbaar met de Chodzjali genocide en had ernstige gevolgen.
Historische, architecturale en culturele monumenten werden vernietigd en geplunderd door Armeniërs.
Genocide van het volksmuziek
Het Agdaban dorp was de thuisstad van folklore muziek – “ashig-poezie. De manuscripten van Ashig Gurban, de meester van de klassieke ashig-poëzie van Azerbeidzjan, en zijn zoon Ashig Shamshir werden vernietigd. Ashig Shamshir was auteur van aantal boeken en hun huis was een musea, die volledige vernietigd was op die dag. “Het was een verschrikkelijke genocide die werd gepleegd tegen het Azerbeidzjaanse volk met de droom om een “Groot Armenie” te creëren. Het was genocide van onze volk maar ook onze cultuur”, zegt een ooggetuige. De genocide in Agdaban – het volledig platbranden van een heel dorp, de onmenselijke marteling van honderden burgers, de verdrijving uit hun huizen – zal nooit worden vergeten.